Welke keuzes heb je zelf?

waardeoverdracht

Waardeoverdracht

Verander je van baan en ga je daardoor naar een andere pensioenregeling? De hoogte van je opgebouwd pensioen per jaar bepaalt wat er met je pensioen gebeurt.

Is je opgebouwd pensioen hoger dan de wettelijke (afkoop)grens voor kleine pensioenen (€ 592,51 per jaar in 2024), dan beslis je zelf of je je pensioen meeneemt. Dit kan bijvoorbeeld gunstig zijn als je nieuwe werkgever een betere pensioenregeling heeft. Of misschien wil je alle pensioenen bij één uitvoerder hebben. Laat je nieuwe pensioenuitvoerder dan weten dat je je pensioen wilt meenemen. Het meenemen van je pensioen regel je bij je nieuwe pensioenuitvoerder. Wil je je pensioen niet meenemen? Dan blijft je pensioen bij Metro Pensioenfonds staan.

Is je opgebouwd pensioen minder dan de wettelijke (afkoop)grens voor kleine pensioenen, maar wel hoger dan € 2,- per jaar? Dan zorgt Metro Pensioenfonds ervoor dat je pensioen meegaat naar je nieuwe pensioenuitvoerder als je na 1 januari 2018 uit dienst bent gegaan. Metro Pensioenfonds checkt daarom jaarlijks bij mijnpensioenoverzicht.nl of je pensioen opbouwt bij een nieuwe pensioenuitvoerder. Heb je geen nieuwe pensioenuitvoerder, dan blijft je pensioen bij Metro Pensioenfonds.

pensioenvergelijker

Je pensioen vergelijken

Wil je je pensioenregeling vergelijken? Dat doe je met de pensioenvergelijker in laag 3.

ruilen

Ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen

Heb je geen of te weinig partnerpensioen bij ons? Dan kun je een deel van je ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen. Je krijgt dan zelf een lager ouderdomspensioen. Als je overlijdt, krijgt je partner (meer) partnerpensioen.

Let op: je kunt deze keuze alleen maken als je uit dienst gaat of met pensioen gaat. Als je ervoor gekozen hebt om te ruilen, kun je dit later niet meer ongedaan maken. Meer over het ruilen van ouderdomspensioen voor partnerpensioen lees je in het pensioenreglement in laag 3.

Partnerpensioen ruilen voor ouderdomspensioen

Naast ouderdomspensioen bouw je ook partnerpensioen op. Je partner krijgt dit pensioen als je overlijdt. Misschien wil je geen partnerpensioen. Bijvoorbeeld omdat je partner zelf een goed pensioen heeft. Dan kun je je partnerpensioen voor een deel of helemaal ruilen voor ouderdomspensioen. Als je een partner hebt, moet je partner het eens zijn met je keuze.

Let op: je kunt deze keuze alleen maken als je met pensioen gaat. Als je ervoor gekozen hebt om te ruilen, kun je dit later niet meer ongedaan maken. Meer over het ruilen van partnerpensioen voor een ouderdomspensioen lees je in het pensioenreglement in laag 3.

Voor een deel met pensioen gaan

Wil je niet ineens helemaal met pensioen? Dan kun je voor een deel met pensioen gaan. Dat kan vanaf 58 jaar. Ga je meer dan 5 jaar voor je AOW-datum gedeeltelijk met pensioen, dan moet je voor dat gedeelte ook stoppen met werken. Met deeltijdpensioen gaan heeft financiële gevolgen. Over het deel van je pensioen dat al ingaat, bouw je geen pensioen meer op. Je uiteindelijke pensioen wordt dus lager.

Je kunt ook besluiten om na je 68e nog voor een deel te blijven werken en voor een deel met pensioen te gaan. Je bouwt dan geen pensioen meer op. Je pensioen zal volledig ingaan op het moment dat je dienstverband met Makro wordt beëindigd, maar uiterlijk 5 jaar na je AOW-datum.

Denk je erover om met deeltijdpensioen te gaan? Bespreek je keuze op tijd met je werkgever.

vervroegen_uitstellen

Eerder of later met pensioen gaan

Je kunt eerder met pensioen, maar niet eerder dan de 1e dag van de maand 10 jaar voor je AOW-leeftijd. Je bouwt dan korter pensioen op. En je pensioen moet langer worden uitgekeerd. Je krijgt straks dus een lager ouderdomspensioen.

Let op: wil je eerder met pensioen? Houd er dan ook rekening mee dat de AOW van de overheid waarschijnlijk later ingaat dan je pensioen. Op SVB.nl kun je zien wanneer je AOW-uitkering ingaat.

AOW-overbrugging
Ga je eerder met pensioen en krijg je nog geen AOW? Dan kun je een deel van je ouderdomspensioen uitruilen voor een tijdelijke AOW-overbrugging. De hoogte van de AOW-overbrugging bepaal je zelf, maar dit mag jaarlijks niet meer zijn dan 2 keer de AOW-uitkering voor gehuwden inclusief vakantiegeld. In 2024 is dit € 26.316,96,-. Kies je voor AOW-overbrugging? Dan wordt het ouderdomspensioen dat je straks krijgt wel lager.

Later met pensioen
In plaats van met pensioen te gaan op je 68e kun je er ook voor kiezen om langer door te werken. Je bouwt dan geen pensioen meer op. In onze pensioenregeling ga je uiterlijk 5 jaar na je AOW-datum volledig met pensioen.

Denk je erover om eerder of later met pensioen te gaan? Bespreek je keuze op tijd met je werkgever.

hoog_laag_laag_hoog

Eerst een hoger óf lager pensioen krijgen

Je kunt op je pensioendatum met een hoger ouderdomspensioen beginnen. Bijvoorbeeld omdat je nog geen AOW krijgt. Na 5 jaar krijg je dan een lager ouderdomspensioen. Je krijgt dit lagere ouderdomspensioen zolang je leeft.

Op je pensioendatum met een lager ouderdomspensioen beginnen kan ook. Na 5 jaar krijg je dan een hoger ouderdomspensioen. Je krijgt dit hogere ouderdomspensioen zolang je leeft.

Wil je met een hoger of lager ouderdomspensioen beginnen? Neem minstens 6 maanden voor je gewenste pensioendatum contact met ons op. Wil je weten hoeveel pensioen je krijgt als je met een hoger of lager ouderdomspensioen begint? Bekijk je keuze dan in Mijn Pensioen.

Let op: je kunt deze keuze maar 1 keer maken! Je kunt je keuze daarna niet meer ongedaan maken.